Cobotica, de nieuwe revolutie op de arbeidsmarkt

De Belgische arbeidsmarkt zal binnenkort worden opgeschrikt door een nieuwe revolutie: cobotica. We hebben het meer bepaald over de creatie van nieuwe soorten jobs met de klemtoon op een doeltreffendere samenwerking tussen mens en machine. Dat blijkt uit een onderzoek* van rekruteringsbureau Michael Page omtrent technologieën, trends en oriënteringen die de arbeidsomgeving van morgen zullen bepalen. De aanwezigheid van geautomatiseerde robots op de werkplaats wordt steeds belangrijker, zowel in België als in de rest van de wereld. “Verandering roept altijd wantrouwen of zelfs angst op. Mensen zijn bang om hun job verliezen, hoewel die gewoon verder zal evolueren. Binnen 30 jaar zullen de meeste jobs verdwenen zijn om andere te creëren”, voorspelt Grégory Renardy, executive director van Michael Page Belgium.

Een nieuwe trend op de arbeidsmarkt: cobotica

Cobotica is de creatie van nieuwe soorten jobs met de klemtoon op een doeltreffendere samenwerking tussen mens en machine. Dankzij deze samenwerking kunnen we vooral de repetitieve en manuele taken toevertrouwen aan geautomatiseerde machines. De aanwezigheid van geautomatiseerde robots op de werkplaats wordt steeds belangrijker, zowel in België als in de rest van de wereld. Deze nieuwe trend komt ook op een moment waarop een deel van de samenleving zich nog steeds afvraagt of zijn werk ooit zal worden vervangen door een robot, terwijl het andere deel graag een deel van zijn werk aan een robot wil toevertrouwen.

De trend versnelt nog meer nu de ontwikkeling van artificiële intelligentie in een stroomversnelling zit. Robots zijn voortaan in staat om zelf hun leerproces te verdiepen, en ze begrijpen steeds beter onze natuurlijke taal. “Onze a priori’s over het verschil tussen het menselijke wezen en de machine zullen moeten evolueren om deze ‘cohabitatie’ te integreren en de samenwerking op de werkplaats te vergemakkelijken. De gegevensverwerking verloopt vandaag zó doeltreffend dat de klant bijna onmogelijk kan weten of hij nu door een mens of door een robot werd voortgeholpen”, stelt Grégory Renardy, executive director van Michael Page Belgium.

Enkele voorbeelden van cobotica

In België bestaan er al enkele coboticatoepassingen. De verzekeringssector is bijvoorbeeld bezig met het ontwikkelen van applicaties waarmee het mogelijk is foto’s te maken van een verkeersongeval en vervolgens aan de hand van de opstelling van de voertuigen en andere data automatisch te evalueren welke bestuurder in fout is.

Een ander voorbeeld is de radio-frequency identification (RFID) die voor een revolutie binnen de retailhandel heeft gezorgd. Het betreft een methode om met elektronische chips data te memoriseren en deze op afstand te recupereren (via radiofrequentie). “Deze technologie heeft als doel de identificatie, inventarisering en lokalisering van producten te vergemakkelijken. Je vindt ze ook meer en meer terug in ons dagelijks leven, zoals in vervoerstickets met de MOBIB-kaart of in onze paspoorten”, preciseert Grégory Renardy.

Onvoldoende begeleiding van werknemers voor nieuwe technologieën

De opkomst van cobotica en de doorgedreven autonomie van robots vragen een hele aanpassing van werknemers. “Wie zich sneller dan anderen weet aan te passen aan verandering, heeft daarmee een enorm voordeel. De grootste kwaliteit van de werknemer van vandaag en morgen is zijn vermogen om zichzelf opnieuw uit te vinden”, beweert Grégory Renardy.

Werknemers vinden dat ze onvoldoende worden begeleid in dit heruitvindingsproces. Ondernemingen bieden hun personeel weinig opleidingen, lezingen en andere support aan. Proactiviteit is volgens Michael Page nochtans de doeltreffendste manier om op de golf van het momentum mee te surfen. Werknemers moeten progressie boeken en zich zélf informeren. Daarom worden supports zoals gespecialiseerde blogs, specifieke websites voor nieuwe trends en technologieën, en networking steeds belangrijker.

Grégory Renardy voegt eraan toe dat “de werknemers beseffen dat ze – als ze zich willen aanpassen – dit zélf moeten doen. Dit eist echter wel ondernemersvaardigheden, waarover een meerderheid helaas niet beschikt. Zowel ondernemingen als de staat zouden meer moeten doen voor deze heruitvinding van competenties. België hinkt wat achterop tegenover de andere Europese landen.”

Een risico tot conflict tussen werkgevers en werknemers

Dankzij de toenemende autonomie van robots en het ontstaan van cobotica, zouden werknemers heel wat tijd kunnen uitsparen. Deze tijdwinst dreigt dan ook een conflict te genereren tussen de werkgevers en de werknemers, wegens hun uiteenlopende visie. Beide partijen hebben immers niet dezelfde visie, prioriteiten en doelstellingen.

Het doel van ondernemingen zal zijn om meer werkefficiëntie te bereiken bij de werknemers: meer tijd besteden aan complexere taken, sneller competenties ontwikkelen, de veiligheid verhogen en openstaan voor een gediversifieerde en versnelde loopbaanontwikkeling. De werknemers van hun kant willen profiteren van deze tijdwinst en die besteden aan sociale of extraprofessionele activiteiten. “Dit ‘conflict’ bestaat al heel lang, het is eigenlijk van alle tijden. Het managen van de frustratie rond de bespaarde tijd en en de besteding ervan, wordt een van de grootste uitdagingen van de 21e eeuw”, besluit Grégory Renardy.